Fotofestival Naarden

Op 16 juni 2011 het Fotofestival Naarden bezocht. Het festival had geen gelukkige recensies dus ik was eerst niet van plan om te gaan. Uiteindelijk heb ik het in een kleine twee uur gezien.

Geweldig vond ik de koksportretten van Marie Cécile Thijs die zij maakt voor het Financieel Dagblad. Ik heb de serie wel drie keer bekeken. Een geweldige stofuitdrukking, alles haarscherp en tastbaar. Prachtige kleuren, in een somber palet (leverkleurig, gebroken wit, taupe) die de serie tot een sterk geheel maken; deze aanpak is goed doorgevoerd door de hele serie. Ook in de poses een mooie eenheid van stijl, ook al weet Marie Cécile Thijs voor iedere chefkok weer een andere benadering te vinden. Een goede uitwerking van ideeën, bijvoorbeeld bij de Japanse kok met een subtiele rij doperwtjes of die kok met een grote baal (homp?) brooddeeg.  Haar figuren zijn aanraakbaar; doen daarin denken aan fijnschilderkunst.

Interessant in de Grote Kerk vond ik ook de serie van Susanne Reuling, afgestudeerd aan de Fotoakademie. In de serie “Geluksmomenten” laten inwoners van Peru zien waar zij gelukkig van worden…… Alledaagse mensen met alledaagse bezigheden in een voor ons exotisch land. Steeds één persoon in de eigen omgeving. Ingeflitst en de omgeving donkerder gemaakt.Mooie serie, intens van betekenis. Goede beheersing van techniek, goed verhaal en een mooi contact met de geportretteerden. Het ophangen van foto’s aan een verhaal werkt beter dan de portretten van leden van Delta F die buiten de kerk te zien waren. Hoe goed gemaakt ook, je kijkt naar afbeeldingen van onbekenden die niet nader tot je komen.

De foto’s van het driemanschap Vanfleteren-Breukel-Van den Broek konden mij maar voor een deel bekoren. Het leek een willekeurig samenraapsel, vooral door gebruik van allerlei formaten, lijsten en afdruktechnieken en door de presentatie van de foto’s door elkaar heen. De foto’s van Vanfleteren maakten op mij de meeste indruk. Krachtig zwartwit werk met de rauwheid van Jacques Brel: woest, ruig en onopgesmukt.
Joost van den Broek presenteerde vooral portretten gemaakt met midden of grootformaat: verstilde mensen die bewegingsloos voor de camera zitten. Een techniek die inmiddels al door veel fotografen wordt toegepast. In zijn algemeenheid vond ik het werk van deze drie iets waar je geïnteresseerd langs loopt, maar waar je niet lang stil bij blijft staan.

De tentoonstelling van National Geographic vond ik een aanfluiting. Bij de ingang stond het gele kader dat al meer dan een eeuw het tijdschrift siert; het had ook een gele kaart mogen zijn. Wat een ongeïnspireerde presentatie van tamelijk willekeurig gekozen beelden. 10 tot 15 foto’s met een kort bijschrift. Sommige beelden nogal donker en in de expositieruimte niet uitgelicht. Doe iets meer moeite, kies eventueel een thema!

In Kazematten Y onder andere een serie van Flokje van Lith. Kinderstudioportretten die een grote technische beheersing en eenheid van stijl tonen. Een mooie uniforme serie in teruggehouden kleuren. Mooi gestileerd ook (kapsel en kleding naturel maar verzorgd). Maar ik zie geen mensen! Het zijn geen portretten van levende mensen maar een soort poppen. Perfect gedaan maar zonder leven. Ik weet nog niet goed wat ik ervan moet vinden; heel knap gedaan wel.

In de Gele Loods vielen mij de krachtige zwartwit portretten van Karoly Effenberger (freelancer voor o.a. Het Parool) op.

In Bastion Oranje vond ik het werk van Rahi Rezvani interessant. Een heel eigen stijl en eigen beeldverhaal. Maar verder was Bastion Oranje een hapsnap tentoonstelling, met van alles wat. Van de vaginaal obsessieve Hester Scheurwater tot de mooie boksserie van Piek (Annemieke) Kock. Hing er in de Gele Loods niet ook al een serie over boksers?

De serie van Jan Bannink over bureaucraten all over the world is leuk. Vooral de energie en vasthoudendheid die hij in zijn project stopt is lovenswaardig. Maar er waren meer series met een soortgelijke aanpak: een verzameling van portretten binnen één onderwerp. De alzheimerpatiënten van Bas Losekoot bijvoorbeeld vond ik goed gedaan; de serie Nederlandse-soldaten-in-Afghanistan-gefotografeerd-met-een-platencamera kon mij daarentegen niet echt boeien. Natuurlijk krijg je verstilde beelden als iemand 10 seconden stil moet blijven zitten; maar het zijn vooral ook lege gezichten.

Op Fotofestival Naarden was dit jaar veel aandacht voor technische kwaliteit. Dat is wel eens anders geweest. Blijkbaar zijn fotografen en opleidingsinstituten daar meer mee bezig. Nu nog meer op de inhoud kiezen. Naarden staat wat dat betreft in een donkere schaduw van Noorderlicht 2009 en Breda Photo 2010.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *